De Historie van de Bouma bedrijven.

De Historie van de Bouma bedrijven.

Tom Bouma begon al heel vroeg met commerciële activiteiten, o.a. met vakantie-baantjes bij Excelsior, de Coöpwinkel  Voorstreek 40 in Leeuwarden. Vanaf de lagere school ging Tom naar de ambachtsschool, afdeling elektrotechniek. Na 4 jaar moest er weer een keuze worden gemaakt en dat werd de U.T.S. Tot grote ergernis van vader Wytze Bouma, wilde Tom dat toch niet, hij zocht liever werk, want ook zijn vrienden gingen allemaal werken en geld verdienen. 

Firma Bak aan het Zuidvliet 42 in Leeuwarden. had een advertentie in de krant en vroeg een aankomende elektromonteur. Tom solliciteerde en kon direct beginnen. Hij kwam daar in dienst als elektricien voor het bouwen van schakelpanelen voor het aansturen van stoomketels die bij Ducosto aan het Noordvliet/Schildkampen werden aangeleverd.  ​Als er even geen orders voor panelen waren werd Tom ook ingezet in het onderhoud van elektrische installaties in de nieuwbouw van o.a. een flatgebouw aan het Europaplein. In het tweede dienstjaar wilde Tom een week vrij hebben om zijn vader te helpen bij de afbouw van een zelfgebouwde boot. Dat werd door Bak niet toegestaan. Tom vond dat erg onredelijk, nam ontslag en werd 'ZZP-er'.  Er werden klussen gedaan bij o.a. Vroom & Dreesman, maar ook bij particulieren.  In september 1964 vroeg de heer Bij de Leij van Circula, een bedrijf in het bouwen van Stoom- en Verwarmingsketels of Tom bij hem in Stiens wilde komen werken. Vader Wytze gaf Tom advies om dat niet te doen maar als zelfstandig ondernemer zijn diensten aan te bieden. En zo werd Tom op 18-jarige leeftijd zelfstandig ondernemer. De werkplaats werd in de tuin van zijn ouders gebouwd in de Merelstraat.

Het bedrijf werd ingeschreven bij de Kamer van Koophandel als E.M.B. Elektro Montage Bouma een bedrijf in het samenstellen van schakelpanelen. ​Dit waren panelen die gebruikt werden om stoomketels, pompen en verbrandings-units aan te sturen. Deze gingen met de stoom- en verwarmingsketels naar tuinderijen, zwembaden en grote flatgebouwen in heel Nederland en zelfs naar Ierland. Ook werden service werkzaamheden gedaan en storingen aan die apparatuur verholpen. Klanten waren o.a. kwekerij Klaver aan de Tijnjedijk in Leeuwarden, Elsma tuinderij in Berlikum en Van der Leij limonade-fabriek in Sneek.

In 1966 ging Circula failliet en was Tom zijn enige klant kwijt. Bijna werd zijn bedrijf meegesleurd in dat faillissement. Het liep gelukkig anders af. De curator wilde graag de 15 panelen die al klaar stonden voor levering van de stoomketels. Daarmee konden nog 15 ketels compleet afgeleverd worden naar Ierland. Maar dat kon pas lukken als Toms panelen er bijgeleverd werden. Natuurlijk was dat geen probleem mits de curator de panelen vooraf en in één keer zou betalen. Na onderhandelen met de curator werden ze vooraf betaald. Intussen bleven de service werkzaamheden voor de ketels bij tuinderijen en instellingen gewoon doorgaan. Er kon na de uitbetaling door de curator een doorstart gemaakt worden met E.M.B. en werden nieuwe activiteiten worden gestart. ​Tom had wel geleerd dat één klant erg riskant was en hij sprak uit: ​  “Vanaf nu wil ik een bedrijf met veel klanten".

Het werd een service- en detailhandelsbedrijf in apparaten het z.g. bruin- en witgoed. ​Het bedrijf begon echter met gaskachels, iedereen in Leeuwarden kon op gas worden aangesloten na de kolenperiode. De eerste winkel was de woonkamer van de moeder van Tom en zij vond dat nog leuk ook. In de avonduren ging Tom naar de avondschool om V.E.V vakdiploma's te halen want die had je toen nog nodig voor een service en detailhandels bedrijf in alle apparaten waar een stekker aan zat, het z.g. bruin- en witgoed. Er kwamen echter eerst gaskachels en fornuizen want iedereen in Leeuwarden kon op het gas worden aangesloten na de kolen periode. Tom 's vader werkte bij de Coöp en verkocht ook haarden en kachels en had daarvoor de vereiste papieren en die had Tom niet. De afspraak met de Coöp werd gemaakt dat de schemakaarten, die van iedere aangelegde gasleiding​ gemaakt moest worden, op naam van de Coöp konden worden ingeleverd bij het gemeentelijke energiebedrijf (het latere Frigem). 

                                          

​​Echter na enige tijd werd die afspraak door de Coöp opgezegd omdat er te veel schemakaarten van de zoon van Bouma werden ingeleverd.

Dat was voor Bouma s.r. een reden om dan maar voor zijn zoon te kiezen en nam ontslag bij de Coöp en kwam bij Tom in dienst. De heer van Smeden een groothandelaar uit Harlingen hoorde dat Bouma niet meer bij de Coöperatie Exelsior werkte en kwam in de Merelstraat op visite. Natuurlijk werd er over de handel gesproken en van Smeden had een mooie aanbieding, 4 Temco gashaarden voor 1000,-- gulden inkoop. Daar werden een aantal sets van gekocht en de eerste scherpe aanbieding was er. De gaskachels werden tentoongesteld in de voorkamer van de Merelstraat bij Tom's moeder.

​Dit kon natuurlijk niet lang zo blijven, daarom werd een winkelruimte gehuurd aan de Oostergrachtswal in Leeuwarden. Dat beviel echter niet en daarom werd Bleeklaan 73 gekocht.  BOUMA GAS-ELEKTRO​ (in de volksmond “Bouma Bleeklaan” was geboren. Naast de gashaarden en fornuizen werd het assortiment breder gemaakt met naaimachines en huishoudelijke artikelen de chroomstalen waterkokers en theepotten die gingen als broodjes over de toonbank. Vlak in de buurt kwam de garage naast de stoffeerderij Oost op de Bleeklaan 54 beschikbaar. Die werd gehuurd als magazijn.

Tom had Jenny van den Brink ontmoet bij het verhelpen van een storing aan de gaskachel van Jenny's ouders. Later in de week werd een eerste afspraakje gemaakt en Jenny ging samen met Tom naar een feestavond van Vihamij-Buttinger in Groningen. Als gauw ging Jenny facturen typen van leveringen en uitgevoerde werkzaamheden bij klanten, het was toen nog geen gewoonte dat er contant werd afgerekend. Na het huwelijk kwam Jenny, zeer tegen de zin van de heer Stallinga, directeur van de Leeuwarder Courant die Jenny niet wilde missen, bij de zaak in dienst. Tom en Jenny gingen boven de verbouwde winkel aan de Bleeklaan wonen. ​​​Het winkeltje was al snel te klein de daarom werd de woning, het hok en de tuin bij de winkel getrokken. Het werd een winkel met 8 gezellige etalages die in de straat opvielen en veel nieuwsgierige potentiële klanten trokken.

De concurrentie was hevig in Leeuwarden hadden we te maken met o.a. de Frije Fries Oostersingel, Mensink Bleeklaan, Van der Veen Leeuwerikstraat, Jan van der Veen Bij de Put, Kim Voorstreek, Winter Nieuwestad. Niermeijer Kelders, Braams Voorstreek, Vaartjes Voorstreek, Magazijn Elektro op de Kelders, Gebroeders Faber over de Klelders, Gebroeders Beecker Kelders, Elektro Kelders, Piet de Vries Brol, Span Nieuwestad, Koelmans van der Lep Nieuwestad, Van den Akker in de Beijerstraat en Nieuwestad, Romkema Ferdinand Bolstraat, Tromp Emanuel Murantstraat, Mollema Frans van Mierstraat en, TV Huis Schrans. Radio Voordeel in de Kleine Kerkstraat en later naar de het Zaailand. Braams Voortstreek, Span Nieuwestad en Vaartjes Voorstreek gingen samenwerken onder de naam Friteco (Friese Technische combinatie) Die drie waren marktleider in Leeuwarden. Later kwam daar de Miro nog bij.

Door een goede service en lage prijs konden wij de plaats van enkele concurrenten innemen en groeide onze omzet zodat ook de winkel al snel weer te klein werd. Inmiddels waren behalve de monteurs Jaap Douma en Tjeerd Mijnheer in de service actief en kwam ​ Paul Muizer van de detailhandelsschool tegenover de winkel opgevallen en werd als verkoper in dienst genomen. Het assortiment werd breder en naast het witgoed kwamen er ook televisies en radio’s (=bruingoed) bij. De winkel werd daardoor natuurlijk veel te klein. Maar doordat de overbuurman op Bleeklaan nummer 66 stopte met de Vivo kruidenierswinkel, kwam deze winkel beschikbaar. We waren het snel met de eigenaar eens. Alleen konden we het pand niet kopen maar moesten het huren, dus dat deden we dus maar, want het pand van je buurman komt maar één keer beschikbaar. En zo de uitbreiding van het assortiment daar plaatsvinden. 

Hier kwamen wasautomaten en koelkasten te staan en in de winkel op nummer 73 bleef vooreerst het bruingoed.

​Om vanuit 2 winkels klanten te kunnen bedienen moest het personeelsbestand ook uitgebreid worden. De eerste verkoopster werd aangenomen, Annie Plantinga. En behalve witgoedmonteurs waren radio- en tv-monteurs in dienst gekomen. 

 Doordat de Frije Fries haar winkel op de Oostersingel sloot kon die ruimte er mooi bij komen voor onze eigen technische dienst.  ​In de jaren daarna konden beide tussen liggende woningen,Tjerk Hiddesstraat 80 en 82 aangekocht worden. ​Door de vele interne verbouwingen en verhuizingen op de Bleeklaan, waren Tom en Jenny naar de woning Tjerk Hiddesstraat 80 verhuisd. De woning Tjerk Hiddestraat 82 werd technische dienst en boven werd kantoorruimte. Het pand van de Frije Fries op de hoek van de Oostersingel werd onderdelenmagazijn en verkoop van ingeruilde apparaten. De zaak bleef maar groeien en de omzet bleef stijgen. De winkel moest weer groter worden want er werden steeds meer nieuwe artikelen in de winkel geshowd. Het pand Bleeklaan 25-27 werd aangekocht en daar gingen Meindert de Haan en Jitze van der Zwaag naar toe en ook de technische dienst verhuisde daarheen. Op die manier kon dit hele stuk Tjerk Hiddesstraat winkelpand Bleeklaan 66 worden. ​ En daar gingen Tom en Jenny weer, nu naar de bovenverdieping.

Intussen werden in  Drachten, Sneek en Heerenveen filialen geopend. Egbert Rodenburg kreeg de supervisie over de filialen en regelde de advertenties in de couranten. Elke week een advertentie in de diverse media. Ook deden we mee met shows en met een showboot door Friesland voor de presentatie van CD spelers. Ook werd aan sponsoring gedaan bij twee voetbalclubs in Sneek en Leeuwarden. De omzet liep als een speer, mede door de service die door ons zelf werd verleend door kundige medewerkers. De concurrentie werd door ons goed in de gaten gehouden en we lieten ons niet aftroeven door grote ketens. De strijd met de Miro (AH) hebben we glansrijk gewonnen. Lees hier een anekdote (klik hier!).Diverse panden zijn door de jaren heen gebruikt voor magazijn en technische dienst o.a. ​Oostergrachtswal 49, Noordvliet 47, Oostersingel 66, Bleeklaan 147-149, Tjerk Hiddesstraat 80-82, Bleeklaan 25-27 en het Veembedrijf. Samenvoegen zou kosten besparen.

Er werd een plan bij de gemeente ingediend om op het Vliet een nieuwe winkel met magazijn en technische dienst te bouwen van ruim 3000 m2.  Een prachtig plan maar het werd door de gemeente ambtenaren getorpedeerd, ook wethouder Timmermans konden wij niet overtuigen. De winkel en technische dienst mochten daar niet gevestigd worden. Ook aan ons voorstel om ons dan aan de Rondweg te vestigen met een groter en completer plan, op de hoek van de Groningerstraatweg en de Gerbrandyweg, kon niet worden meegewerkt. Dit betrof een winkel/showroom met magazijn , technische dienst en keukencentrum. De gemeente was zeer negatief en wilde dat onze winkel naar het centrum werd verplaatst, maar dat wilden wij niet, en men wilde ons magazijn en technische dienst naar een bouwlocatie aan de Tijnjedijk verhuizen. ​ Hedentendage kun je zien aan ontwikkelingen in Leeuwarden dat de gemeentelijke inzichten zijn aangepast en dat de Bouma’s een vooruitziende blik hadden. ​Na twee jaar onderhandelen met de gemeente bestuurders en ambtenaren bleven zij volharden. Geen detailhandel buiten het centrum van de stad. Zoek maar ruimte in de stad. Wij kwamen me de gemeente tot een oplossing we mochten een deel van de winkel toevoegen bij de ruimte net buiten de rondweg

In 1978 werd de eerste paal de grond in geheid voor een gebouw van 2800 m2. ​Op de Tijnjedijk was veel ruimte en hier kwam ook een keukencentrum plus de technische dienst en de Bogro waar Meindert en Jitze de zaak runden. Dat was een z.g. kring-loopwinkel waar ingeruilde apparaten met garantie werden verkocht. Na het betrekken van het pand Tijnjedijk kon alle aandacht weer aan de bedrijfsvoering worden geschonken. ​​Tom wilde nog verdere uitbreiding naar Groningen en Drenthe en begon daar te zoeken naar geschikte locaties of overname kandidaten.

​Het bedrijf Bouma uit Friesland was opgevallen bij enkele grote ketens o.a. VD-electric, een onderneming van Vroom & Dreesmann en Elektro Combinatie Nederland (ECN) die juist hun uitbreiding naar het noorden zochten. De directies van deze ketens kwamen daarvoor langs bij Bouma om deze winkels over te nemen. Het aanbod van VD electric was heel interessant en Tom ging op bezoek in Amsterdam naar het hoofdkantoor van Vroom en Dreesmann op de 5e etage bij de heer Anton Dreesmann himself. De heer Dreesmann accepteerde de vraagprijs van Tom, maar had er als voorwaarde bij dat Tom als directeur moest aanblijven om de uitbreiding naar Groningen en Drenthe uit te voeren. Hier wilde Tom nog even over nadenken en de afspraak werd gemaakt dat hij de volgende dag zijn beslissing aan Dreesmann kenbaar zou maken. Onderweg terug naar Leeuwarden werd hierover nagedacht en thuis gekomen was hij er al uit. Tom deed het verhaal aan zijn vader en Jenny. De voor en tegens werden nog eens op een rij gezet en het besluit was: als ik moet blijven en toch zelf de winkels in Groningen en Drenthe moet openen waarom zou ik dat in dienst van een ander gaan doen, dan doe ik het liever zelf en kan dan ook zelf beslissen zonder verantwoording af te leggen aan een "baas".

​Dus de overname ging niet door!

In december 1983 werden we benaderd om het bedrijf Wigboldus Groningen over te nemen, maar daarvoor moest een financiering gevonden worden. Na alles goed te hebben berekend en afgewogen bleek de overname zich zelf te kunnen financieren. In maart 1984 was de zaak beklonken en waren wij de concurrenten E.C.N. en VD-electric, die alweer in de race waren, een slag voor. Tom kon sneller beslissen dan die andere twee. 

 Wigboldus werd gekocht, maar er moest om het financierbaar te krijgen snel worden gereorganiseerd en omgebouwd. Wigboldus had in Groningen vier winkels en een magazijn met technische dienst. Tevens een filiaal in Hoogezand en Winschoten plus een filiaal in Emmen. Het magazijn en technische dienst van Wigboldus werden overgebracht naar de Tijnjedijk in Leeuwarden.

In de stad Groningen werden drie van de vier winkels gesloten en samengevoegd in het grootste pand aan de Vismarkt 29. Deze winkel werd verbouwd en ingericht overeenkomstig de Bouma formule, d.w.z. in dezelfde stijl en kleuren als de Friese filialen. Na een rigoureuze verbouwing had deze winkel een vloeroppervlak van 1000 m2. De winkel in Winschoten werd gesloten en de verkoop verplaatst naar een winkelpand in Assen en het filiaal in Emmen werd verbouwd.

De staf van de Bouma bedrijven werd uitgebreid met functies als inkoper en administrateur van Wigboldus mensen, want de administratie werd tot dan toe uitbesteed aan accountantskantoor Feenstra op de Emmakade. Door de omvang van het bedrijf was het nodig ook een registeraccountant te hebben waarvoor Deloitte&Touche werd ingehuurd.

Een en ander betekende dat na deze overname het totale personeelsbestand uit 120 medewerkers bestond. Omdat Wigboldus in Groningen goed bekend stond en de 'Grunningers' 'laiver' de Friezen buiten de deur wilden houden lieten we de naam Wigboldus in beeld terugkomen en werd de naam: Bouma & Wigboldus. 

filiaal Sneek

 Toen waren er 8 filialen in Friesland,  Groningen en Drenthe

 1. Bleeklaan Leeuwarden.

 2. Moleneind Drachten

 3. Singel Sneek

 4. Dracht Heerenveen

 5. Vismarkt Groningen.

 6. Oudestraat Assen.

 7. Hoofdstraat Emmen.

 8. Nieuwestad Leeuwarden 

​De servicewagens werden uitgerust met een mobilofoon. Wij hadden op dat moment 5 vrachtwagens en 18 servicewagens die aangestuurd konden worden vanuit het Centraal Magazijn in Leeuwarden, waar Machiel Snitker de leiding had. Doordat de antenne voor de mobilofoons op de watertoren in Akkrum stond kon zelfs Emmen worden bereikt. Mobiele telefoons bestonden toen nog niet. De orders van klanten werden via de telex vanuit de winkels naar Leeuwarden doorgestuurd. 

Toen de fax kwam kon de telex worden afgeschaft. Ook computers deden hun intrede. zodoende waren we al heel vroeg met automatisering begonnen. Wij wilden een systeem dat vanuit de klant tot aan de inkoop geïntegreerd werd. Die software was voor ons type bedrijf niet te koop, maar we kregen advies om de Friese Zuivelbond in te schakelen, die maakte alle mogelijke software voor de automatisering van de zuivelsector. Zij kregen de opdracht een softwareprogramma te schrijven dat voldeed aan onze wensen en dat voor een redelijke prijs. Doordat er een broodnuchtere programmeur op werd gezet, die heel goed luisterde naar onze wensen en dat ook zodanig programmeerde, hetgeen niet vaak gebeurt, omdat men liever zelf een programma wil schrijven, kregen we een prima passend systeem. Daarnaast beschikten wij over een zeer bekwame adviseur van Philips Nederland, de heer Goudriaan, als klankbord. Ons systeem werd een succes. Wij noemden het: BIGAS. (Bouma Informatie en Gegevens Administratie Systeem) Op dit systeem werd ook een kassaterminalsysteem, het zgn. KTS voor de winkels aangesloten. Deze software werd geprogrammeerd en de hardware geschikt gemaakt voor de winkels. Dit is gedaan door Compro BV.

Compro BV was hiervoor opgericht, een soft-en hardwarebedrijf van Tom samen met Luit Jan Spanninga en Rob Brandsma en gevestigd op de Bleeklaan 25. Het ontwikkelde kassasysteem is later door meer bedrijven in Nederland ingevoerd. De faxen verdwenen uit de winkels en werden vervangen door computers. Op het moment dat de computersystemen in de winkels naar genoegen werkten heeft Tom zijn aandelen in Compro overgedragen aan Luit Jan en Rob die samen verder gingen.


In november 1989 werden we getroffen door een ramp:

het hele centrale magazijn aan de Tijnjedijk brandde af.

Op woensdag 1 november 1989 om 19.25 uur brandde het pand aan de Tijnjedijk geheel af. Met hulp van jongens, die voor het pand aan het voetballen waren, konden de vrachtauto's die binnen geladen klaar stonden voor de volgende dag naar buiten worden gereden. Doordat de brandweer kazerne vlakbij de Tijnjedijk zat, was de eerste brandweerauto binnen enkele minuten ter plaatse, maar zij konden ondanks de inzet van groot materieel het pand niet meer redden.De tapes met de computer bestanden, met daarop de administratie, waren in veiligheid, want die werden elke avond trouw door boekhouder Jan Kooyman mee naar huis genomen. Terwijl de brand woede werden de medewerkers geïnformeerd en werd hen verteld dat ze de volgende dag naar de winkel op de Bleeklaan moesten komen voor overleg.

​Twee dagen later werd er al direct een tijdelijk pand gehuurd aan de Marshallweg in Leeuwarden en een week later, met grote inzet van de medewerkers en hulp van de leveranciers, was dat magazijn al weer gevuld met nieuwe voorraad en kon een geplande show in de Frieslandhal gewoon door gaan. Het bedrijf Bouma & Wigboldus draaide weer op volle toeren alsof er niets gebeurd was. Twee jaar later werd het bedrijf verkocht en werd de naam gewijzigd in Megapool, een groot filiaalbedrijf uit Apeldoorn.

Tom & Jenny gingen wat anders doen.

................  Wordt vervolgd

Het verhaal waarom Tom het bedrijf heeft verkocht en wat er daarna nog is gedaan volgt binnenkort.

Met verhalen over de projecten van Buro Bouma o.a. het Museumwinkeltje in de Nieuwesteeg en Stichting Praamvaren Leeuwarden.